Het beheer van appartementsmede-eigendommen : een kritische analyse en rechtsvergelijkende evaluatie van het wettelijke organisatiemodel voor het beheer van appartementsmede-eigendommen

De Belgische Appartementswet heeft niet alleen betrekking op de goederenrechtelijke dimensie van het appartementsrecht maar beheerst ook de verenigingsrechtelijke dimensie: het organisatiemodel dat door de wetgever dwingend wordt opgelegd voor het behoud en het beheer van gebouwen en groepen van gebouwen in gedwongen mede-eigendom. De tweede dimensie blijft vandaag echter vaak onderbelicht, terwijl het belang van een efficiënt organisatiemodel alsmaar duidelijker wordt in het licht van een aantal urgente vraagstukken, zoals het nijpende huisvestingsprobleem in onze (groot)steden en de klimaatdoelstellingen die dringend moeten worden gehaald. Hoewel het wettelijke beheerregime over het algemeen vrij goed functioneert voor het beheer van bestaande, residentiële appartementsmede-eigendommen met een gemiddeld aantal kavels, blijkt de opgelegde beheerstructuur soms tekort te schieten wanneer de betrokken appartementsmede-eigendom afwijkt van deze klassieke omschrijving. De drie belangrijkste doelstellingen van dit onderzoek bestaan er daarom in te bepalen (1) voor welke appartementsmede-eigendommen het wettelijke beheerregime tekortschiet, (2) waar de eventuele knelpunten in de toepassing van het wettelijke beheermodel zich precies situeren en (3) hoe deze knelpunten kunnen worden verholpen. Om deze onderzoeksvragen te beantwoorden, biedt dit proefschrift een kritische analyse en een rechtsvergelijkende evaluatie van het wettelijke organisatiemodel voor het beheer van appartementsmede-eigendommen die afwijken van de standaardnorm. Er wordt onder meer onderzocht of het wettelijke kader voldoende rekening houdt met het bestaan van verschillende ‘fasen’ in het leven van een appartementsmede-eigendom. De vraag naar optimalisatie van het wettelijke organisatiemodel voor appartementsmede-eigendommen die in de temporele dimensie afwijken van de standaardnorm, is van groot belang met het oog op de conflicten die zich kunnen voordoen tijdens de constructiefase en bij de reconversie van appartementsgebouwen. Ook in de materiële dimensie kan de vraag naar de afwijking van de standaardnorm rijzen. De afwijking kan zich hier in de eerste plaats situeren op het kwantitatieve niveau, wanneer de appartementsmede-eigendom een kleiner of een groter aantal kavels (of mede-eigenaars) omvat dan gemiddeld. De afwijking kan zich echter ook situeren op het kwalitatieve niveau, wanneer de appartementsmede-eigendom een niet-residentiële of een multifunctionele bestemming heeft.

Accessibility:Closed