< Terug naar vorige pagina

Project

Insubordinatie in het deontische domein: een semantische en constructionele typologie.

Dit project bestudeert het weinig onderzocht fenomeen van insubordinatie, met speciale aandacht voor constructies binnen het deontische betekenisdomein. Geïnsubordineerde constructies gebruiken markeerders die normaal gezien geassocieerd zijn met subordinatie (onderschikking), maar fungeren als zelfstandige uitingen (Evans 2007: 367). Een voorbeeld is een als-zin die een verzoek uitdrukt (Als u hier zou kunnen tekenen). Dit project onderzoekt twee vragen. Ten eerste gaat het na welke types van deontische betekenis kunnen worden uitgedrukt door geïnsubordineerde constructies, en hoe die semantisch gerelateerd kunnen worden aan de klassieke uitdrukkingsvormen van deontische modaliteit, zoals modale hulpwerkwoorden of werkwoordelijke wijzen. Ten tweede vergelijkt het geïnsubordineerde constructies met hun gesubordineerde tegenhangers, om te bepalen hoe deontische betekenissen ontstaan uit de 'bouwstenen' van de geïnsubordineerde constructies. De hypotheses van deze onderzoeksvragen zijn: (i) dat de betekenissen van interpersoonlijke controle uitgedrukt door geïnsubordineerde constructies verschillen van degene uitgedrukt door de kernelementen van het modale systeem, en dat deze extra betekenissen gevat kunnen worden in termen van nieuwe parameters die de traditionele analyse van deontische modaliteit in vraag stellen; (ii) dat geïnsubordineerde constructies specifieke constructionele eigenschappen vertonen, zoals combinaties van modale partikels en persoonscategorieën. Ik zal deze twee vragen in de diepte onderzoeken, aan de hand van corpusgegevens van hedendaags gesproken Nederlands en Engels, en in de breedte, op basis van gegevens van een cross-linguïstisch sample.
Datum:1 okt 2010 →  30 sep 2014
Trefwoorden:Typology, Deontic modality, Insubordination, Interpersonal control, SUbordination, Germanic languages
Disciplines:Talen, Linguïstiek