< Terug naar vorige pagina

Project

De uitbouw van een adequaat juridisch kader voor bescherming en beheer van cultureel erfgoed als proeve van een geïntegreerd omgevingsrecht.

De uitbouw van een adequaat juridisch kader voor bescherming en beheer van cultureel erfgoed als proeve voor een geïntegreerd omgevingsrecht.

Het onderzoek behelst een rechtsvergelijkende analyse (Vlaanderen, Wallonië, Brussel, Nederland, Frankrijk en Engeland) van het juridisch kader betreffende het cultureel erfgoed.

Het Vlaams wetgevend cultureelerfgoedkader is versnipperd. Zo is er binnen de erfgoedregelgeving zelf een gebrek aan coördinatie tussen roerend en onroerend erfgoed met een bevoegdheidsimbroglio tussen de overheden als gevolg. Verder kent de onroerenderfgoedregelgeving meerdere deelsectoren architecturaal (monumenten, stads- en dorpsgezichten) en varend erfgoed, cultuurhistorische landschappen en archeologie met elk een eigen wetgevend kader. Dit leidt ertoe dat bescherming, beheer, valorisatie, compensatie, financiering, niet noodzakelijk hetzelfde betekent voor een monument als voor een cultuurhistorisch landschap. Tot slot leidt ook het gebrek aan coördinatie tussen de regelgeving inzake ruimtelijke ordening, milieu en cultureel erfgoed tot versnippering. Doordat beslissingen binnen deze sectoren nog steeds in sterke mate onafhankelijk van elkaar genomen worden, maar toch met een enorme impact elkaars domein doorkruisen, ontstaan tegenstrijdigheden. Bovendien duren de beschermings- en gunningsprocedures te lang en wordt de sociale en economische impact van investeringsprojecten vaak onvoldoende in acht genomen. Dit creëert enerzijds een onaantrekkelijk klimaat voor investeringen en doet anderzijds af aan de bescherming van het cultureel erfgoed en de omgevingskwaliteit van de burger. Tot slot schaadt de ondoorzichtigheid van het normatief kader het maatschappelijk draagvlak voor administratieve beslissingen met betrekking tot de leefruimtelijke inbedding. Nochtans vereist het internationale en supranationale niveau een verregaande en transparante erfgoedbescherming alsook de integratie van dit erfgoedbeleid met de ruimtelijke ordening en het milieurecht.

Het onderzoek beoogt dan ook een juridisch kader uit te tekenen dat a) voldoet aan de eisen van integratie op materieel en procedureel vlak en b) een afdoende duurzame bescherming van het cultureel erfgoed kan garanderen. Om dit te bereiken zal het onderzoek in een eerste fase een synthese maken van de vereisten van duurzaamheid en integratie door middel van een analyse van 1) internationale erfgoedconventies, 2) (inter)nationale mensenrechten, 3) integratiebepalingen op Europees niveau en 4) constitutionele vereisten inzake projectontwikkeling, integratie en duurzaamheid. Een tweede fase van het onderzoek behelst de rechtsvergelijkende analyse in eigenlijke zin. De onderscheiden rechtsstelsels worden doorheen hun integraal juridisch instrumentarium (identificatie, onderzoek, registratie, bescherming, onderhoud, ...) vergeleken en geëvalueerd op basis van de geselecteerde  onderzoekscriteria (geïdentificeerde belangen: een duidelijk institutioneel en procedureel kader, voldoende mogelijkheden voor onderzoek en identificatie van erfgoedwaarden, ...). Hierbij speelt vooral het juridisch instrumentarium een rol dat moet bijdragen tot materiële en procedurele integratie. Een verregaande analyse van de MER-regelgeving (Milieueffectrapportage), de ruimtelijke planning, de beheersplanning, de vergunningverlening en de rol van de overeenkomst komt hierbij aan bod. In een derde en laatste fase wordt een analyse de lege ferenda doorgevoerd die doordachte wijzigingen aan het Vlaams cultureelerfgoedkader zal voorstellen, en dit op meerdere niveaus. Vooreerst richt het zich op de mogelijkheden van erfgoedintegratie, daarenboven komt de integratie van het erfgoeddomein binnen het ruimere omgevingsrecht aan bod.

Datum:1 okt 2012 →  5 jul 2018
Trefwoorden:cultural heritage, spatial planning law
Disciplines:Rechten, Andere rechten en juridische studies
Project type:PhD project