< Terug naar vorige pagina

Project

Privaatrechtelijke handhaving van EU-mededingingsrecht: aspect schadebegroting

De privaatrechtelijke handhaving van het EU-mededingingsrecht is een fascinerend leerstuk dat in volle ontwikkeling is. Overeenkomstig artikelen 101-102 VWEU is het ondernemingen bijvoorbeeld verboden om prijsafspraken te maken of misbruik te maken van hun machtspositie. Wanneer zij dat toch doen, kunnen andere marktspelers, zoals consumenten of concurrerende ondernemingen, schade lijden. Die marktspelers hebben recht op een vergoeding van de door hen geleden schade.

Stel bijvoorbeeld dat u onlangs een nieuwe laptop kocht. Achteraf leest u in de media dat de Europese Commissie een prijzenkartel tussen verschillende laptopproducenten vaststelde. Door dat kartel waren de prijzen van de verkochte laptops artificieel hoog. U betaalde dus een hogere prijs voor uw laptop dan u betaald zou hebben wanneer het kartel niet had plaatsgevonden. In dat geval heeft u recht op een schadevergoeding, bestaande uit het onrechtmatige gedeelte van de prijs die u betaalde voor uw laptop (en een eventuele interest).

Ondanks de intuïtieve logica achter de privaatrechtelijke handhaving van het mededingingsrecht brengt dat leerstuk in de praktijk een resem (praktische) uitdagingen met zich mee. Een van die uitdagingen is de begroting van de schadeomvang. In de bovenstaande situatie rijst bijvoorbeeld de vraag hoeveel u precies te veel betaalde voor uw laptop als gevolg van het kartel.

Het gevoerde onderzoek bespreekt die schadebegrotingsproblematiek uitvoerig. Het gaat dieper in op de synergetische wisselwerking tussen de verschillende economische begrotingsmethoden en de toepasselijke regels. Het doet dat in vijf overkoepelende onderzoeksfases: (I) de aard en doelstellingen van het Europese recht op schadevergoeding, (II) het gemengde juridisch-feitelijke schadebegrip, (III) de verschillende (voor- en nadelen van de) economische schadebegrotingsmethoden en -technieken, (IV) de toepasselijke Belgische regels en een vergelijking met het Duitse, Engelse & Welshe en Nederlandse recht, en (V) een afweging tussen het integraliteitsprincipe en de noodzakelijke correcties op dat principe (in het licht van de onderzoekscriteria accuraatheid en praktische toepasbaarheid). Het onderzoek bevat enkele normatieve overwegingen, zoals de erkenning van de afschrikkende functie van de privaatrechtelijke handhaving van het EU-mededingingsrecht en de introductie van een uitdrukkelijke proportionaliteitsafweging bij de schadebegroting.

Datum:1 sep 2017 →  31 okt 2023
Trefwoorden:Private enforcement EU competition law, Quantification of damages
Disciplines:Rechten, Andere rechten en juridische studies
Project type:PhD project