< Terug naar vorige pagina

Project

Cognitieve achteruitgang bij de ziekte van Alzheimer: motorische, cognitieve en linguïstische kenmerken van zinsproductie

Onderzoek heeft aangetoond dat patiënten met de ziekte van Alzheimer een duidelijke achteruitgang vertonen in hun taalproductie. Veelvuldig wordt hier de focus gelegd op productkenmerken van talige uitingen, maar het schrijfproces biedt aanvullende inzichten in taalvaardigheid. Dit onderzoeksproject heeft als doel om valide zinsproductietaken te ontwikkelen die onderzoekers en artsen in staat stellen om de eventuele achteruitgang te beschrijven van online schriftelijke taalproductie van mensen met de ziekte van Alzheimer. Deze doelstellingen zullen in drie opeenvolgende onderzoekprojecten worden onderzocht: 1. een exploratief onderzoek; 2. een cross-sectioneel onderzoek tussen verschillende patiëntengroepen; 3. een longitudinaal onderzoek. Eerder onderzoek toont aan dat een valide screeningsinstrument diverse componenten van taal moet kunnen beoordelen. Tijdens het exploratieve onderzoek ontwikkelen we daarom schrijfopdrachten die zich richten op motorische, cognitieve en linguïstische aspecten. Die bestaan uit 60 strikte zinsproductietaken die een aantal voorgedefinieerde cognitieve en linguïstische procesmaten testen. Exploratief onderzoek In een exploratief onderzoek ontwikkelen we 60 fiches of picture combination cards. Een picture combination card bestaat uit een aantal aparte afbeeldingen die een geschreven zin uitlokken. Tijdens het experiment formuleren de proefpersonen zinnen door de afgebeelde objecten met een geschikt werkwoord te verbinden. De onderzoeksmethode die we hierbij gebruiken is toetsregistratie (keystroke logging). Dit is in vergelijking met andere observatiemethodes niet-intrusief, tijdbesparend, en dus kostenbesparend. Door gebruik te maken van gevalideerde afbeeldingen is het mogelijk om makkelijker specifieke woorden uit te lokken en hierdoor grip te hebben op de woordkenmerken die eraan gekoppeld zijn. Daarnaast heeft een recente linguïstische analyse op schrijfprocesdata aangetoond dat lidwoorden, zelfstandige naamwoorden, werkwoorden (en bijvoeglijke naamwoorden) erg geschikt zijn om groepen proefpersonen te onderscheiden. De uitgelokte zinnen zullen daarom zeker op deze woordcategorieën focussen. Cross-sectioneel en longitudinaal onderzoek Op basis van de bevindingen van het exploratieve onderzoek, zullen we het aantal fiches en de taakduur reduceren voor het experimentele cross-sectionele onderzoek (via statistische technieken als Generalizability & Design study). In het cross-sectionele onderzoek voeren drie groepen proefpersonen de zinsproductietaken uit. Dit zijn: (1) patiënten met een milde cognitieve beperking (MCI), (2) patiënten met milde dementie als gevolg van de ziekte van Alzheimer en (3) een gezonde controlegroep. Alle proefpersonen maken eerst een beknopte kopieertaak (motorische en typevaardigheden) en daarna een zinsproductietaak (cognitieve en linguïstische vaardigheden) op basis van een gerandomiseerde selectie van de fiches. Ten slotte zullen we het cross-sectionele onderzoek repliceren na zes en na twaalf maanden om zo de (potentiële) cognitieve achteruitgang van patiënten met de ziekte van Alzheimer te beschrijven (longitudinaal onderzoek). Een aanvullend doel van dit onderzoek is om de data-analyse verder te automatiseren. Hierdoor kunnen er gebruiksvriendelijke rapporten voor artsen worden gegenereerd, op basis waarvan zij de resultaten onmiddellijk kunnen interpreteren.
Datum:1 okt 2018 →  28 feb 2022
Trefwoorden:ZIEKTE VAN ALZHEIMER
Disciplines:Linguïstiek, Theorie en methodologie van de linguïstiek, Andere linguïstiek en literatuurwetenschappen