< Terug naar vorige pagina

Project

Factoren die impliciete tweedetaalverwerving bij basisschoolleerlingen in Vlaanderen bevorderen

Het huidige onderzoek heeft als doel om te informeren waarom de leerlingen in het 6e leerjaar van het Vlaamse basisonderwijs meer gehecht zijn aan en taalvaardiger zijn in het Engels dan in het Frans, hoewel zij enkel formeel onderwijs in het Frans hebben ontvangen als een een tweede taal.

Met het oog op een beter begrip van deze situatie, werden de volgende onderzoeksvragen geformuleerd: (1)Wat is de hoeveelheid input die leerlingen krijgen in het Engels?, (2) Wat zijn de activiteiten die impliciet het leren van het Engels vergemakkelijken? en (3) Welke interacties vinden plaats tussen impliciete tweedetaalverwerving en de identiteit van leerlingen?

De participanten zijn 70 leerlingen die behoren tot 4 groepen in het 6e leerjaar (12-13 jaar) van een school uit Aarschot in België. De dataverzameling bestond uit een in diepte-interview en evaluatie van vaardigheid in het Engels. De 70 leerlingen werden individueel geïnterviewd. Alle verzamelde gegevens werden gerealiseerd in het Nederlands, met uitzondering van de oefeningen die gericht zijn op het evalueren van taalvaardigheid. De verwerking en analyse van de gegevens werd gerealiseerd met het volgende programma: Statistical Package voor de Social Sciences (SPSS).

De resultaten tonen aan dat de persoonlijkheidsaspecten en groepsaffiliatie samenvallen, althans in dit onderzoek, op de wijze dat participanten die de groep belangrijk vinden en bijgevolg open staan voor groepservaringen, beter presteren in het Engels.

Datum:1 okt 2012 →  25 feb 2020
Trefwoorden:Implicit learning, Group affiliation, Openness to experience
Disciplines:Linguïstiek, Theorie en methodologie van de linguïstiek, Andere linguïstiek en literatuurwetenschappen
Project type:PhD project