Precisiebemesting met dierlijke mest

Na verschillende mestactieplannen blijft het Vlaamse mestprobleem een actueel onderwerp. In de winter van 2016-2017, overschreed het nitraatniveau in het oppervlaktewater nog steeds de drempel van 50 mg / l in 21% van de meetstations, terwijl de drempel voor orthofosfaat met 67% werd overschreden. De situatie in het freatisch grondwater is niet beter: 34% van de meetpunten overschrijdt de drempelwaarde voor nitraat in 2016. Dit betekent dat er meer moet worden gedaan om nitraat en fosfaat niveaus in de bodem en oppervlaktewateren te verbeteren. Om hun impact op het milieu te minimaliseren en hun econonomische haalbaarheid te maximaliseren, zullen Vlaamse boeren hun meststoffen moeten toepassen waar ze het meest efficiënt worden gebruikt. Hoewel er al een grote hoeveelheid onderzoek is verricht naar technologie voor locatiespecifieke bemesting, passen de meeste boeren nog steeds een uniforme dosis toe binnen één veld. Wanneer deze voedingsstoffen worden toegepast in de vorm van dierlijke mest, de variatie in de samenstelling van de mest van de ene lading naar de andere en zelfs binnen één lading leidt tot een ongecontroleerde variatie in de dosis die wordt toegepast in een specifiek deel van het veld. Na vele jaren wetenschappelijk onderzoek, zowel in Vlaanderen als internationaal, is de technologie voor het in kaart brengen van de variatie in bodemvruchtbaarheid binnen één veld voor de mesttoepassing op basis van online compositiemeting klaar voor gebruik door de boeren. De toegevoegde waarde van deze technologieën zijn nog niet voldoende gekwantificeerd wat betreft de impact op de opbrengst en de omgeving om het af te wegen tegen de investering. Daarom is het doel van dit onderzoeksproject in samenwerking met de Belgische Bodemdienst en de Hooibeekhoeve om deze precisietechnologie in verschillende praktische scenario's te evalueren en om wetenschappelijk bewijs te leveren dat boeren kan helpen bij hun overgang naar precisiemesting.