< Terug naar vorige pagina

Project

Verbeteren van het bodembehoud en het gebruik van hulpbronnen in biologische groenteteeltsystemen door introductie en beheer van ANG’s (voor de Agro-ecologie Nuttige Gewassen of Agro-ecological Service Crops (ASC’s)) (SOILVEG)

Centrale onderzoeksvraag/doel
Wat is de meerwaarde van ANG’s (Agro-ecologisch Nuttige Gewassen), in het Engels ASC’s (Agro-ecological Service Crops) voor de verschillende aspecten van bodemkwaliteit en bodembehoud? In dit project staat het roller-crimper toestel centraal waarmee een ANG in zijn generatieve stadium (vlak voor de bloei) wordt platgewalst en gekraakt, waarna het hoofdgewas er doorheen gezaaid of geplant wordt. Het doel is om via veldonderzoek te verifiëren of met deze technologie (i) de opbrengst en kwaliteit van de hoofdteelten, i.e., groentegewassen behouden blijft, (ii) de bodemkwaliteit verhoogt en de bodemvruchtbaarheid toeneemt, (iii) het brandstofverbruik afneemt, (iv) er zich een effectieve ziekte-, plaag- en onkruidonderdrukkende omgeving vormt en (v) de nutriëntenverliezen vanuit het bodem/plant systeem (i.e. nitraatuitspoeling) en de broeikasgassenemissie dalen. ANG’s zijn niet-vermarktbare teelten die ingepast worden in agro-ecosystemen om te voorzien in ecosysteemdiensten of in het versterken ervan.

Onderzoeksaanpak
SOILVEG is een onderzoeksproject gefinancierd door een Europees netwerk (CORE Organic Plus ERA-NET) met 14 wetenschappelijke partners uit 8 Europese lidstaten. In Vlaanderen zijn ILVO, UGent en Inagro onderzoekspartner. In alle deelnemende landen wordt in de veldexperimenten met ANG’s gefocust op de wijze van vernietiging van het ANG, als hoofdfactor. ILVO construeert een roller-crimpertoestel waarvan de werking geëvalueerd zal worden in Vlaamse en Waalse veldproeven. De ANG’s worden verbouwd in het koude/ regenseizoen en komen tot volle ontwikkeling voordat ze vernietigd worden ten behoeve van de vestiging van het vermarktbare lente/ zomergewas. We vergelijken twee behandelingen in de proefopstelling: (i) het ANG verkleinen en inwerken in de bodem en (ii) het bovenop het bodemoppervlak laten afsterven van het ANG na het neerleggen ervan met de ‘roller-crimper’, in vergelijking met een blanco (negatieve controle, geen ANG). Indicatoren bij het hoofdgewas (groei, gezondheid, opbrengst, …) en de bodemconditie maar ook managementaspecten worden bekeken en gerelateerd aan de experimentele behandeling. Ten slotte worden ook een aantal factoren bestudeerd die regiospecifiek zijn en/of beantwoorden aan kennisdoelen bij de lokale stakeholders en onderzoeksgroep.

Relevantie/Valorisatie
In eerste instantie hebben biologische groentetelers baat bij de projectresultaten omdat zij zonder synthetische bestrijdingsmiddelen onkruid en plagen moeten beheersen, en omdat zij de rendabiliteit wensen te verhogen en daartoe gaan voor het reduceren van nutriëntenverliezen uit de bodem door het verhogen van de nutriëntenefficiëntie. Het systeem kan resulteren in een geringere afhankelijkheid van externe inputs als dierlijke mest en fossiele brandstof. Uiteraard neemt ook de gangbare landbouw kennis van de meerwaarde van het aanwenden van de roller-crimper techniek voor de vernietiging van ANG’s. De projectresultaten zijn verder direct bruikbaar voor beleidsmakers die de standaarden opstellen en verbeteren voor de biologische groenteteelt in het kader van de EU regelgeving, plattelandsontwikkeling en subsidieschema’s. De onderzoekers plannen (ondermeer) online bekendmaking van de resultaten in de loop van de projectperiode (januari 2017), en dit via de projectwebsite, de ILVO-website en de gratis online consulteerbare CCBT-nieuwsbrieven BIOpraktijk. Deze informatie blijft op het internet beschikbaar gedurende ten minste vijf jaar vanaf de einddatum van het project.
Datum:2 mrt 2015 →  1 mrt 2018