< Terug naar vorige pagina

Project

De wederzijdse invloeden tussen een moeder en haar kind met verhoogde kans op autisme

Op groepsniveau vertonen kinderen met (verhoogde kans op) autisme verschillen in communicatieve, internaliserende en externaliserende gedragingen, in vergelijking met hun leeftijdsgenoten. De vroegste tekenen hiervan kunnen reeds zichtbaar zijn tijdens de eerste levensjaren. Omgevingsfactoren, zoals opvoeding, worden verondersteld de ontwikkeling van kinderen met en zonder (verhoogde kans op) autisme te beïnvloeden. Zo wordt bijvoorbeeld een positief verband vermoed tussen ouderlijke responsiviteit en de ontwikkeling van communicatieve vaardigheden in kinderen. Echter kan opvoeding worden gezien als een bi-directioneel proces, waarbij ouders en kinderen elkaar bi-directioneel beïnvloeden. Toch is er weinig onderzoek gebeurd naar de mogelijke invloeden van kind-factoren op ouderlijk gedrag binnen kinderen met (verhoogde kans op) autisme en hun ouders.

Het huidige doctoraatsproject tracht onze kennis over de invloeden in beide richtingen uit te breiden, door te onderzoeken hoe maternaal opvoedingsgedrag, communicatieve vaardigheden van kinderen, en internaliserende en externaliserende gedragingen van kinderen elkaar beïnvloeden over de tijd heen. Om deze interacties te kunnen bestuderen tijdens de eerste levensjaren, volgen we kinderen met verhoogde kans op autisme, alsook hun ouders op. Dit omvat kinderen met een broer of zus met een autisme-diagnose, en kinderen die prematuur geboren zijn. Dit doctoraatsproject is ingebed in de TIARA-studie. De TIARA-studie is een longitudinaal, multidisciplinair onderzoeksproject waarin de vroege ontwikkeling van autisme wordt bestudeerd.

De eerste studie betreft een vragenlijststudie, waarin de invloed van communicatieve vaardigheden en internaliserend en externaliserend gedrag van kinderen op de leeftijd van twee jaar, op een brede range aan maternaal opvoedingsgedrag op de leeftijd van drie jaar wordt onderzocht. Hierna zoomen we in op één specifieke vorm van opvoedingsgedrag, namelijk maternale synchroniciteit. Dit wordt geobserveerd tijdens een vrij spel scenario op de leeftijd van 14 maanden. We exploreren hoe communicatieve vaardigheden van kinderen, en maternaal synchroon gedrag met elkaar interageren. Daarna zoomen we opnieuw uit om te bestuderen hoe een brede range aan geobserveerd maternaal opvoedingsgedrag evolueert over de tijd heen, van 5 tot 36 maanden. We zullen eveneens bestuderen hoe dit opvoedingsgedrag gelinkt is aan eerder, gelijktijdig, en later gemeten kind-factoren. Ten slotte wordt een vergelijking gemaakt in maternaal opvoedingsgedrag dat is geobserveerd tijdens een vrij spel scenario, ten opzichte van een taak scenario.

Datum:1 sep 2020 →  Heden
Trefwoorden:Parenting, Autism, Autism spectrum disorder, Opvoeden, Autismespectrumstoornis, Autisme
Disciplines:Psychopathologie, Beperkingen en ontwikkelingsstoornissen, Orthopedagogische evaluatie en diagnostiek, Opvoedingsproblemen
Project type:PhD project