Een evaluatie van het potentieel van Robusta-koffie in agro-silvicultuur systemen in het Congobekken

Dit doctoraatsproject maakt deel uit van COFFEEBRIDGE, een interdisciplinair R&D-project dat gefinancierd wordt in het kader van het BRAIN-be 2.0 programma van BELSPO genaamd: 'Overbrugging van kennis naar het veld: een evaluatie van het agronomisch en socio-economisch potentieel van de genetische bronnen van Robusta-koffie als een cash crop in het Congobekken'. Onder de huidige klimaatverandering zal de teelt van Arabica-koffie naar verwachting verder afnemen, terwijl het belang van de meer robuuste Robusta-koffie verder zal toenemen. Het Congobekken herbergt belangrijke wilde verwanten van Arabica en Robusta-koffie. Naast de genetische diversiteit van de Robusta koffie biedt Congobekken ook een belangrijk potentieel als productiegebied. Het belangrijkste doel van COFFEEBRIDGE is om het potentieel van de Congolese genetische diversiteit van wilde en gecultiveerde Robusta-variëteiten te verkennen voor de ontwikkeling van een lokale, duurzame economie in een wereldwijde context en het evalueren van het potentieel van duurzame Robusta productie in de Tshopo Provincie. Het project draagt rechtstreeks en onrechtstreeks bij tot het behoud en de valorisatie van de genetische bronnen van koffie, lokaal en in het algemeen wereldwijd. In dit project is nog een ander doctoraatsonderzoek voorzien dat meer ingaat op de genetische kenmerken van de Robusta. Veldwerk zal grotendeels gezamenlijk worden uitgevoerd. Dit doctoraatsproject bestaat uit 4 delen, waarvan de meeste worden uitgevoerd in nauwe samenwerking met de andere COFFEEBRIDGE partners: ● Beoordelen en inventariseren van de schaduwboomcomponent en de NTFP's die de beschikbare koffiebomen omringen: om de biodiversiteit, koolstofopslag en de agro-silviculturele productie zullen ca. 100 percelen worden geïnventariseerd voor koffie, Non Timber Forest Products (NTFP's) en omliggende schaduwbomen in verschillende soorten vegetatie: landbouwgrond, 'home gardens', oude plantages en ongerept bos. De soorten zullen worden bepaald en andere gerelateerde variabelen zullen worden gemeten, zoals de boomdiameter, boomhoogte, de sluiting van het bladerdak, etc. (Vanderhaegen et al. 2015). ● Beoordeling van het landbouwsysteem en lokaal gebruik van schaduwboomsoorten en NTFP's : Het lokale gebruik en de voorkeur voor de geïnventariseerde schaduwbomen en NTFP's zullen met de lokale bevolking worden beoordeeld door middel van interviews op het niveau van het huishouden en op de plot sites. Deze activiteit zal worden uitgevoerd in nauwe samenwerking met de evaluaties die door de COFFEEBRIDGE-partners worden uitgevoerd. ● Bodemvruchtbaarheid en impact op de gezondheid en de productiviteit van koffie: Er zal een bodemvruchtbaarheidsanalyse worden uitgevoerd op de bovenvermelde percelen (ca. 100 locaties) en kritieke bladstalen worden verzameld van 500 koffiebomen. Koffiebladeren zullen systematisch worden verzameld. (De Bauw et al., 2016). De bladstalen zullen voor de meeste macro- en micronutriënten worden geëvalueerd door ICP-MS en door droge verbranding in een CN analysator voor C en N (n=500). ● Er zal een 'on-station' proef worden uitgevoerd om de impact van de meest belovende schaduwboomsoorten op de meest beloftevolle Robusta lijnen te beoordelen. Deze percelen zullen worden beheerd om de impact van verschillen in schaduw, schaduwboomsoorten, koffievariëteit en bemesting op de productiviteit van de koffie te beoordelen. Het beheer van deze percelen gebeurt in samenwerking met INERA. Dichtheid, groei en productiviteit zullen jaarlijks worden opgemeten.