< Terug naar vorige pagina

Project

Cybergeweld: bepalen van de grenzen van verantwoordelijkheid en toelaatbaarheid (@ntidote 2.0). (@ntidote 2.0)

De 4e industriële revolutie resulteerde in een nieuwe miljardenindustrie met een groep wereldwijd opererende internetserviceproviders (ISP's) die verantwoordelijk zijn voor wat we dagelijks op sociale media zien, hoe we communiceren, en welke informatie we te zien krijgen op basis van hun algoritmes. Deze ISP's treden vaak op als tussenpersonen die het delen van inhoud mogelijk maken in plaats van zelf inhoud te creëren. Daarom zijn ISP's onder het huidige wettelijke e-commerce kader niet verplicht actief te reageren tegen illegale of schadelijke inhoud. De redenering is dat alleen de gebruikers die verantwoordelijk zijn voor het creëren van inhoud moeten worden benaderd om de vrije stroom van onlinecommunicatie, e-commerce, de vrijheid van informatie en meningsuiting te waarborgen. Dit paradigma wordt in twijfel getrokken door de evolutie van het internet als platform voor het verspreiden van haat, geweld en misdrijven. Cybergeweld is een specifiek onderdeel van dit schadelijke onlinegedrag, waarbij digitale actie resulteert in fysieke, seksuele, psychologische en/of economische schade voor individuen. ISP's treden al op tegen schadelijke inhoud indien ze daarvan op de hoogte worden gebracht. Sommige ISP's gaan een stap verder in de zelfregulering. Toch wordt dit vaak als ontoereikend beschouwd. Daarom bespreken NGO's, nationale en Europese autoriteiten of de vrijstelling van aansprakelijkheid voor ISP's in het licht van cybergeweld nog steeds gerechtvaardigd is en of de autoriteiten niet verder moeten ingrijpen. Het project onderzoekt in hoeverre de huidige aanpak van cybergeweld effectief is of verdere versterking behoeft. Het onderzoek richt zich op twee soorten cybergeweld: het online aanzetten tot haat en de verspreiding van intieme beelden zonder toestemming (non-consensual distribution of intimate images of image-based sexual abuse). Terwijl de bestaande juridische en gerechtelijke instrumenten door de Belgische en Europese autoriteiten worden onderzocht om deze vormen van cybergeweld beter te bestrijden, ontbreekt het nog steeds aan een grondig begrip van deze fenomenen en hun prevalentie, vooral in België. Daarom wil dit project in de eerste plaats deze fenomenen in België analyseren door middel van kwalitatief onderzoek dat zich richt op hoe gebruikers, moderatoren van ISP's en andere belanghebbenden online haat en NCII afbakenen en de toelaatbare of schadelijke aard van dergelijke inhoud bepalen. Op basis van deze resultaten wordt kwantitatief onderzoek uitgevoerd om de prevalentie van de fenomenen in de Belgische samenleving in kaart te brengen met een focus op digital natives. Daarnaast worden de copinggedragingen van slachtoffers onderzocht, maar ook het vertrouwen in, en gebruik van meldingsmechanismen van verschillende instanties. In de tweede plaats zal worden bekeken of en hoe deze vormen van online geweld kunnen worden aangepakt door juridische en/of gerechtelijke acties, voortbouwend op de huidige praktijken en op de resultaten van het kwalitatieve en kwantitatieve onderzoek. De maatregelen tegen schadelijke inhoud zullen worden beoordeeld in het licht van de vrijheid van informatie en meningsuiting in cyberspace. Dit omvat de beoordeling van de rol van overheidsinstanties en ISP's, om na te gaan of er nieuwe verhoudingen en wetgevende maatregelen nodig zijn. Het onderzoek is intrinsiek multidisciplinair omdat het project cybergeweld benadert vanuit sociale wetenschappen, criminologie, antropologie en juridische wetenschappen. Binnen de werkpakketten zullen de respectieve disciplines samenwerken om een diepgaande, veelzijdige kennis van beide vormen van cybergeweld te verwerven. Naast de wetenschappelijke output, beoogt het project beleidsmakers en stakeholders een duidelijk inzicht te bieden in de fenomenen voor toekomstige initiatieven en acties, en om input te leveren over hoe het juridisch kader rond e-commerce verder kan worden ontwikkeld, rekening houdend met de impact van cybergeweld.
Datum:15 dec 2020 →  15 sep 2023
Trefwoorden:GEWELD, SEXTING, HAATSPRAAK, CYBERCRIME
Disciplines:Criminologie niet elders geclassificeerd, Strafrecht, Mensenrechtenwetgeving, Interpersoonlijke communicatie, Communicatiewetenschappen niet elders geclassificeerd, Digitale media
Project type:Samenwerkingsproject