< Terug naar vorige pagina

Project

Primaire en secundaire factoren die bijdragen aan de veranderde spiermorfologie bij kinderen met spastische cerebrale parese

In het afgelopen decennium toonden verschillende studies naar de veranderde spiermorfologie bij kinderen met SCP een verminderde spiergrootte en -lengte aan in vergelijking met typisch ontwikkelende leeftijdsgenoten. De morfologische spiertekorten uiten zich al op een jonge leeftijd en zijn meer uitgesproken bij kinderen met meer beperkte motorische mogelijkheden, aangegeven met hogere niveaus op de grove motorische functie classificatie schaal (GMFCS). Deze observaties met eenmalige meetpunten, onderzochten voornamelijk kinderen vanaf 2-jarige leeftijd maar konden de longitudinale trajecten in spiergroei met toenemende leeftijd niet vastleggen. Bijgevolg blijven de verantwoordelijke mechanismen in de pathogenese (d.w.z. het begin, de ontwikkeling en progressie) van deze veranderende spiergroei niet nauwkeurig genoeg bepaald. Omdat deze onderliggende mechanismen van veranderde spiergroei nog niet goed begrepen zijn, kan de onderbouwing voor de verschillende behandelingsparadigma’s onvolledig of zelfs verkeerd zijn. 

Omwille van deze redenen was de algemene doelstelling van dit doctoraatsproject om de primaire en secundaire factoren die bijdragen aan de veranderde spiergroei van de mediale kuitspier te onderzoeken. Hiervoor werden herhaaldelijke spiermetingen uitgevoerd en werden de interactie van neurale factoren (verwijzend naar een primaire factor), biomechanische factoren alsook behandelingsfactoren (beide verwijzend naar een secundaire factor) geëxploreerd.

Samengevat heeft dit doctoraatsproject niet-lineaire groeitrajecten in de morfologie van de mediale kuitspier vastgesteld bij ambulante kinderen met SCP tussen de leeftijd van 6 maanden t.e.m. 11 jaar. Deze spierveranderingen werden al vastgesteld op éénjarige leeftijd, wat de bijdrage aantoont van de veranderde neurale input als een primaire factor. Veranderde spiermorfologie vertoonde een verdere afname met toenemende leeftijd en voornamelijk bij kinderen met hogere GMFCS-niveaus. Als een verder gevolg van de veranderde neurale input, werden de verminderende niveaus in het motorisch functioneren als secundaire factoren. Dit project kwantificeerde ook de belemmerde spiergroei na behandeling met BoNT-A. Globaal toonden de studieresultaten aan dat primaire en secundaire factoren bijdragen tot de veranderde spiergroei op een complexe en interactieve manier. De multifactoriële oorsprong van veranderde spiergroei kan echter niet alleen toegeschreven worden aan geïsoleerde bijdragen van neurale, biomechanische en behandelingsfactoren. Verder onderzoek naar de complexe, continu veranderende interacties tussen sleutel factoren van primaire en secundaire aard, alsook bijkomende factoren zoals vroeggeboorte, voeding en fysieke activiteit, wordt aanbevolen om de onderliggende mechanismen van veranderde spiergroei beter te begrijpen. In ieder geval worden een vroege monitoring met een nauwgezette opvolging van de trajecten in morfologische spierveranderingen en behandelingsopportuniteiten met als doel om de spiergroei te stimuleren en behouden geadviseerd.

 

Datum:8 jan 2018 →  15 nov 2022
Trefwoorden:Cerebral palsy, Muscle morphology
Disciplines:Orthopedie, Humane bewegings- en sportwetenschappen, Revalidatiewetenschappen
Project type:PhD project