< Terug naar vorige pagina

Project

Bepalen van steekproefkenmerken om de (stabiliteit van de) toegevoegde waarde van scholen te modelleren en rapporteren: steekproefgrootte, leerlingenmobiliteit en steekproefheterogeniteit.

Vanuit het verantwoordelijkheidsperspectief wordt in veel landen de toegevoegde waarde (TW) van scholen geschat en gebruikt als indicator voor de onderwijskwaliteit en -effectiviteit van scholen. De stabiliteit van TW-scores doorheen de tijd, i.e., de mate waarin het geschatte leereffect van scholen constant is over opeenvolgende leerlingcohortes heen, vormt daarbij een fundamenteel discussiepunt. TW-scores blijken vooral minder stabiel, en dus minder betrouwbaar, te zijn voor basisscholen en scholen die zich achteraan de geschatte TW-verdeling bevinden. In het geval van high stakes zijn de risico's voor deze scholen extra groot, aangezien ze op basis van een oneerlijke schatting kunnen besanctioneerd worden. Hoewel onderzoek op een generieke manier aantoont dat de steekproef gerelateerd is aan de stabiliteit van TW-scores, ontbreken tot op heden richtlijnen over hoe specifieke steekproefkenmerken in rekening kunnen worden gebracht tijdens het modelleren en rapporteren van (de stabiliteit van ) TW-scores. In dit project onderzoeken we het effect van de steekproefgrootte en -heterogeniteit van scholen, alsook van leerlingenmobiliteit op de stabiliteit van TW-scores.
Datum:18 dec 2020 →  30 sep 2022
Trefwoorden:value added, sample requirements, educational effectiveness, high stake testing, reliability stability
Disciplines:Methodologie van pedagogisch en onderwijskundig onderzoek, Onderwijskunde op mesoniveau, Onderwijskunde op macroniveau