< Terug naar vorige pagina

Project

Generalisatie en transfer van fysieke activiteit vanuit lichamelijke opvoeding naar speeltijd in het basisonderwijs

De Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) raadt jongeren tussen 5- 17 jaar aan om 60 minuten per dag fysieke actief te zijn. Data uit België toont aan dat voor kinderen van 6-9 jaar oud, slechts 11% van de jongens en 1.6% van de meisjes aan deze norm voldoen. Lichamelijke opvoeding (LO) draagt pertinent bij aan de dagelijkse beweegnorm in de lagere school. Daarentegen wordt er gemiddeld slechts twee keer per week LO voorzien, waardoor het niet tegemoetkomt aan de gezondheidsnorm. In dit project willen we het effect van een onderwijsinterventie LO op de generalisatie en behoud van fysieke activiteit (FA) onderzoeken. Met generalisatie wordt bedoeld dat de kinderen fysiek actief zijn in een andere setting (bv., tijdens de middagpauze) dan diegene waarin ze het leren (bv., LO), terwijl behoud van FA duidt op het blijvende karakter, m.a.w. FA nadat de interventie is gestopt. Tot op heden heeft onderzoek naar fysieke activiteit op school vooral gefocust op het verhogen van de fysieke interventies en het creëren van een divers aanbod. Gezamenlijk hebben deze studies aangetoond dat wanneer de interventie stopt, het effect eindigt. Door te focussen op generalisatie en behoud willen we een duurzame impact of de gezondheid van kinderen realiseren. Meer specifiek zal zowel het gedrag van de leerkracht als de leerresultaten worden onderzocht.

Datum:1 okt 2019 →  31 okt 2023
Trefwoorden:Moderate-to-Vigorous Physical Activity (
Disciplines:Secundair onderwijs
Project type:PhD project