Titel Promotor Affiliaties "Korte inhoud" "Bedreigd cultureel erfgoed. Archeologie en samenleving in Sicilië tijdens Wereldoorlog II (1940-45)" "Jean Bourgeois" "Vakgroep Archeologie" "De tweede wereldoorlog vormde een bedreiging voor het archeologisch en het cultureel erfgoed van de landen die betrokken waren bij de militaire operaties. In Sicilië hebben bombardementen en grondoperaties zowel archeologische sites als musea geraakt.Het door de EU-gefinancierde project SICILYWAR beoogt de studie en reconstructie van hoe verschillende actoren, als de miltaire autoriteiten, de nationale autoriteiten and de locale gemeenschappen, daarop hebben geageerd en gereageerd. Specifiek zal gekeken worden naar de wijze waarop gereageerd werd op vondsten die tijdens militaire operaties aan het licht kwamen; ook de interacties tussen autoriteiten, wetenschappers en locale gemeenschappen zal worden onderzocht; tenslotte zal ook gekeken worden in welke mate een vergelijking kan getrokken worden tussen de situatie in Sicilië en die in andere getroffen landen (zoals België, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk, enz.) en meer specifiek de rol van de Siciliaanse archeologie in de bescherming van het archeologisch patrimonium. Dit onderzoek sluit aan bij onderzoek van diverse wetenschapsdomeinen, zoals archeologie, geschiedenis, kunstgeschiedenis en sociologie." "Overbruggen van culturen: culturele en commerciële netwerken in de Straat van Sicilië, 6de – 2de eeuw v.C." "Vakgroep Archeologie" "Dit project beoogt een reconstructie van de commerciële en culturele interactie op en rond de Straat van Sicilië tussen de 6de en 2de eeuw v.C. Met gebruikmaking van het kader en het begrippenapparaat van de ‘Network Theory’, wordt de archeologische materiële cultuur van geselecteerde sites - met een verschillende culturele achtergrond, schaal en belang – onderzocht ten einde te komen tot een algemene synthese op een meso-regionaal niveau." "Ethnopharmacological survey, phytochemical and safety evaluation of medicinal plants used in the management of sickle cell disease and malaria in Tanzania." "Luc Pieters" "Natuurstoffen & Voeding Onderzoek en Analyse - Farmaceutische Technologie (NatuRAPT), Farmacognosie, Functionele voeding en Farmaceutische Analyse (NatuRA)" "In dit project worden traditionele geneesmiddelen op basis van planten onderzocht, die inTanzania gebruikt worden bij Sickle Cell Disease (SCD) en malaria. Het project omvat inventarisatie en documentatie; in vitro evaluatie van anti-SCD en antiplasmodiale werking; onderzoek van het veiligheidsprofiel; en identificatie van de actieve inhoudsstoffen." "Pragmatische expletieve voornaamwoorden in Zuid-Italiaanse dialecten: een experimenteel-syntactisch onderzoek" "Claudia Crocco" "Vakgroep Taalkunde" "Ondanks hun status als nulsubjecttalen, hebben sommige zuid-Italiaanse dialecten expletieve subjectpronomina. Deze dienen niet als een plaatsvervangend onderwerp, zoals normale expletieven, maar hebben een pragmatische functie. In de dialecten van Campanië neemt deze expletief de vorm aan van het aanwijzend voornaamwoord chillo ‘die/dat’. Volgens de literatuur zijn er twee pragmatische gebruiken van chillo, die zowel formeel als interpretatief te onderscheiden zijn: i) onverbuigbaar chillo dat een explicatieve functie heeft; ii) congruerend chillo dat het semantische onderwerp van de zin als een nieuw of veranderd topic markeert. Chillo kan echter ook in focuscontexten gebruikt worden; het bepalen van de exacte pragmatische functie van chillo is daarom het eerste doel van het project. Dit onderscheid lijkt daarnaast onderhevig aan microvariatie binnen Campanië. Het tweede doel van dit project is daarom om deze microvariatie in congruentie en in pragmatisch gebruik te onderzoeken met een experimentele benadering tot de syntaxis. Hierbij zullen zowel productie en perceptie van chillo getest worden. Het derde doel is het bestuderen van de geografische verspreiding van pragmatische expletieven; vergelijkbaar gebruik van subjectspronomina is ook geattesteerd in Sicilië en Calabrië, maar dit is nooit systematisch onderzocht. Dit project draagt bij aan de studie van de nulsubjectparameter en de interface tussen syntaxis en pragmatiek met data van pragmatische expletieven." "De heilige romance. Karakterisering en concepten van fictie in Italo-Griekse hagiografie" "Koen De Temmerman" "Vakgroep Letterkunde" "Dit project beoogt een eerste systematische, literair-retorische analyse van Italogriekse hagiografie. Hoewel specialisten reeds lang geleden erkenden dat dit corpus uitzonderlijke narratieve kwaliteiten vertoont, zijn deze omwille van academisch-ideologische redenen nog nooit als dusdanig bestudeerd. Het corpus omvat heiligenlevens, martelarenakten en encomia (lofredes) in het Grieks, geschreven tussen de 5e en de 13e eeuw, met als protagonisten heiligen en martelaren van Sicilië en Zuid-Italië (een regio die sinds de Griekse kolonisatie van het westerse Middellandse Zeegebied tussen de 8e en de 6e eeuw v. Chr. cultureel deel uitmaakte van de Griekse wereld). Dit project analyseert concepten van fictie in dit corpus, wat cruciaal is voor het verrijken van ons begrip van deze teksten als verhalen. Dit domein wordt benaderd via een analyse van personage-opbouw (karakterisering). Het project vormt een verderzetting en uitdieping van een onderzoekslijn die uitgezet werd in het kader van mijn ERC Starting Grant ""Novel Saints. Ancient novelistic heroism in the hagiography of Late Antiquity and the early Middle Ages"" (2014-19): het huidige project betreedt nooit eerder verkend terrein door een specifiek hagiografisch subgenre te bevragen, en dat te doen aan de hand van nieuwe vragen gebaseerd op recente wetenschappelijke ontwikkelingen." "Wachten en praten: interactie tussen onbekenden in medische praktijken in Italië." "Lorenza Mondada, Elwys De Stefani" "Onderzoeksgroep Multimodaliteit, Interactie en Discours (MIDI), Leuven" "Mijn proefschrift onderzoekt spontane interactie tussen mensen die elkaar niet kennen in medische praktijken in Italië. Het maakt deel uit van het binationale project The First Five Words: Multilingual cities in Switzerland and Belgium and the grammar of language choice in public space dat werd ontwikkeld en gecoördineerd door Elwys De Stefani (KU Leuven) en Lorenza Mondada (Universität Basel). Op basis van een corpus van 20 uur aan naturalistische videodata verzameld in de regio's Friuli-Venezia Giulia en Sicilië (Italië), waar Italiaans, Friuliaans en Siciliaans wordt gesproken, richt mijn onderzoek zich op een fenomeen dat zowel sociologisch als taalkundig van belang is, namelijk 'wachten'. Individuen die een wachtkamer binnengaan, bevinden zich toevallig in de aanwezigheid van andere, meestal onbekende personen met wie ze een gesprek kunnen aangaan. Wachten' is dus een sociale, intersubjectieve ervaring. Het doel van mijn onderzoek is om te begrijpen hoe 'wachten' interactief tot stand wordt gebracht in deze specifieke setting: Hoe bereiken nieuwkomers en reeds aanwezige mensen medeaanwezigheid in de wachtruimte van een medische praktijk? Hoe vinden ze hun plaats in een ruimte die bevolkt wordt door (meestal) onbekende bezoekers? In veel gevallen gaan onbekenden die aan het wachten zijn met elkaar in gesprek: Hoe zetten ze dit in gang? Hoe onderhandelen individuen in tweetalige gebieden over de taal of talen van de interactie of worden ze het eens over een gemeenschappelijke taal voor de interactie?Ik zal deze vragen behandelen aan de hand van multimodale conversatieanalyse (Sacks, Schegloff & Jefferson, 1974; Mondada, 2018a). Eerst bekijk ik hoe individuen de medische praktijk binnenkomen en hoe ze medeaanwezigheid tot stand brengen met andere 'medewachters' (‘co-waiters’). Vaak richten ze een korte begroeting aan medeaanwezigen, waarmee ze incidenteel een taalmonster (‘language sample’) aanbieden (Mondada, 2018b). Ten tweede onderzoek ik de praktijken die ze gebruiken om een niet overduidelijk zichtbare wachtrij te vormen, waarbij de volgorde van de dienstverlening wordt vastgesteld. Mijn proefschrift laat zien dat de organisatie en voortgang van de service niet alleen interactief tot stand wordt gebracht tussen bezoekers en het servicepersoneel, maar ook tussen bezoekers die in een symmetrische relatie verwikkeld zijn terwijl ze gelijkaardige activiteiten uitvoeren (bijv. wachten). Tot slot wijd ik een substantieel deel van mijn proefschrift aan de analyse van de taalkundige en belichaamde praktijken die individuen gebruiken wanneer ze een gesprek aangaan met onbekende 'medewachters' en aan de manieren waarop deelnemers de taal/talen van de ontmoeting vaststellen.Bij symmetrische ontmoetingen kunnen bezoekers vraag-antwoord sequenties initiëren die gerelateerd zijn aan de volgorde van de dienst, of ze kunnen interacties aangaan om een moment van gezelligheid te delen, door zich bezig te houden met ‘alledaags gesprekken ('mundane talk') (De Stefani & Horlacher, 2018) of door ongevraagd hulp aan te bieden aan medeaanwezigen. De studie draagt bij aan conversatieanalytisch onderzoek naar 'gespreksopeningen' (Schegloff, 1968, 1986), en documenteert een complexe setting waar de overgang van ongerichte naar gerichte interactie (Goffman, 1963) hand in hand gaat met de progressieve transformatie van het participatiekader (‘participation framework’) (Goffman, 1981; De Stefani & Mondada, 2018, in prep.)." "Traditie Behouden, Duurzaamheid Versterken? Een Verkenning van Prijspremies, Voedingskwaliteit en Dierenwelzijn van Geografische Aanduidingen uit de Europese Unie" "Christophe Crombez" "Facultair Onderzoekscentrum LICOS, Onderzoekseenheid Management, Strategie & Innovatie (hoofdwerkadres Leuven)" "In een tijdperk dat gekenmerkt wordt door toenemende onzekerheid als gevolg van klimaatverandering, economische volatiliteit en geopolitieke spanningen, wordt de hele structuur van de huidige voedselsystemen onder de loep genomen. Er wordt gezocht naar een diepgaande verschuiving in de richting van voedselproductie en consumptie die niet alleen veerkrachtig is, maar ook rechtvaardig, van hoge kwaliteit, milieu- en diervriendelijk alsook gezond. De EU is onder andere van plan om haar geografische aanduidingen, zogenaamde “kwaliteitslabels”, te versterken. Geografische aanduidingen zijn bedoeld om namen van traditionele voedingsmiddelen te beschermen, zoals Parmaham, Roquefortkaas, augurken uit Spreewald en rode sinaasappels uit Sicilië, doordat ze vereisen dat de productie ten minste voor een deel in een specifiek gebied plaatsvindt volgens bepaalde productieregels. Aangezien Europese geografische aanduidingen vaak van lokale oorsprong zijn en gebaseerd zijn op traditionele technieken, zouden ze een veelbelovende weg kunnen zijn naar duurzamere voedselsystemen. Ondanks de toekenning van geografische aanduidingen aan de geplande duurzaamheidsinitiatieven van de EU, blijft er zeer beperkte kennis over hun huidige prestaties en hoe producten met geografische aanduiding door deze initiatieven zullen worden beïnvloed. Daarom probeert dit proefschrift meer op evidentie gebaseerd onderzoek te doen en te onderzoeken of geografische aanduidingen het potentieel hebben om bij te dragen aan duurzaamheid of dat hun vaak gunstige reputatie slechts een façade is.De vier hoofdstukken zetten nieuwe paden uit en maken gebruik van kwantitatieve en kwalitatieve methoden uit het bredere veld van de landbouweconomie. Ten eerste wil het proefschrift empirisch bewijs leveren over de vraag of meer regionaal beperkte geografische aanduidingen samengaan met lagere detailhandelsprijzen. Ten tweede wordt het comparatieve gebruik van levensmiddelenadditieven en de voedingskwaliteit van de huidige geografische aanduidingen onderzocht. Ten derde onderzoekt het de effecten van nieuwe voedingswaarde-etiketten op de evaluatie van producten geografische aanduiding door consumenten. Tot slot wordt onderzocht in hoeverre productspecificaties van geografische aanduidingen rekening houden met bindende regels over dierenwelzijn. Door onderbelichte onderwerpen zoals terroir-grootte, voedingskwaliteit, voedselsamenstelling, etikettenvermoeidheid en dierenwelzijn te onderzoeken, probeert dit proefschrift inzicht te geven in de duurzaamheid van voedingsmiddelen die worden beschermd door zelfbenoemde “kwaliteitslabels”.InhoudHoofdstuk 1. Doet de Terroir-Grootte Ertoe? Beschermde Geografische Gebieden en Prijzen van Europese HammenHoofdstuk 2. Gezonde Voedseltradities? Voedingskwaliteit en Voedselsamenstelling van Europese Geografische AanduidingenHoofdstuk 3. Etikettenvermoeidheid? Geografisch Beschermde Ham Gecombineerd met Variërende Nutri-ScoresHoofdstuk 4. Diervriendelijke Tradities? Overwegingen over Dierenwelzijn in Productspecificaties van Geografische Aanduidingen uit de Europese Unie" "Apoikia en metropolis: onderzoek naar de vroegste Griekse kolonisatie (2010-2011)" "Vakgroep Archeologie" "Onderzoek naar de moedersteden Chalkis (op Euboia) en het Cycladische Naxos van de vroegste Griekse kolonie op Sicilië, Naxos: in welke mate beïnvloedde de kolonie de vorming van identiteit van de moedersteden/moederland? Hielp ze een identiteit kristalliseren? Was men opportunistisch in het smeden van (imaginaire) banden bv. politieke situatie of had de kolonie enkel een praktisch nut?" "Restorative justice, urban security and social inclusion: a new European approach." "Ivo Aertsen" "Leuvens Instituut voor Criminologie" "Het project 'Restorative justice, urban security and social inclusion' wordt uitgevoerd in het westen van Sicilië en wordt gecoördineerd door CRESM (Centro di Ricerche Economiche e Sociali, Gibellina). Het project richt zich op de volgende domeinen: (1) bewustmaking van lokale actoren voor het herstelrecht en slachtoffergerichte benaderingen van criminaliteit, (2) training in slachtofferhulp en herstelrechtelijke praktijken, (3) de implementatie van slachtofferhulp en bemiddelingsprogramma's, en (4) 'monitoring' en evaluatie. De rol van de KU Leuven betreft de wetenschappelijke ondersteuning en supervisie van het project, hoofdzakelijk op het vlak van de training, met inbegrip van de uitwerking van een handboek voor slachtofferhulp en het gebruik van herstelrechtelijke modellen." "Apoikia en metropolis: onderzoek naar de vroegste Griekse kolonisatie (2010-2011)" "Onderzoek naar de modersteden Chalkis (op Euboia) en het cycladische Naxos van de vroegste Griekse kolonie op Sicilië, Naxos: in welke mate beïnvloedde de kolonie de vorming van identiteit van de moedersteden/moederland? Hielp ze een identiteit kristalliseren? Was men opportunistisch in het smeden van (imaginaire) banden bv. Politieke situatie of had de kolonie enkel een praktisch nut?"