Titel Promotor Affiliaties "Korte inhoud" "Ervaringen van verschil. Wat kunnen we leren van videogames met betrekking tot de ervaring van pychiatrische diagnoses." "Kristien Hens" "Centrum voor Ethiek" "Van video games wordt soms gedacht dat ze agressie, sociaal isolement of psychische ziekte veroorzaken, hoewel er geen sluitend bewijs is dat dit zo zou zijn. Hoe mensen met een psychische kwetsbaarheid worden afgebeeld in games is ook vaak problematisch, denk aan het stereotype van de psychopaat of het psychiatrisch hospitaal als setting voor horror games. Toch gebruiken kunstenaars ook meer en meer het medium video games om hun ervaringen met psychiatrische diagnoses tot uitdrukking te brengen. Steeds meer hebben games realistische en genuanceerde karakters met een psychiatrische diagnose. Met dit project willen we onderzoeken, met methodologieën van disability studies en de empirische filosofie, wat we kunnen leren van video games met betrekking tot de ervaring van een psychiatrische diagnose, meer bepaald autisme, psychose en depressie." "Ervaringen van bewoners van de kwaliteit van de zorg en ervaringen van werknemers met een positieve werkomgeving in Vlaamse woonzorgcentra" "Mieke Deschodt" "Gerontologie en Geriatrie, Departement Maatschappelijke Gezondheidszorg en Eerstelijnszorg, Academisch Centrum voor Verpleeg- en Vroedkunde" "Dit project heeft als doel de relatie te onderzoeken tussen personeelsvariabelen, variabelen in de werkomgeving, rantsoenering van zorg, en de uitkomsten van bewoners en zorgverleners in woonzorgcentra. De studie erkent de uitdagingen waarmee medewerkers van woonzorgcentra worden geconfronteerd bij het bieden van kwaliteitsvolle zorg aan een vergrijzende en steeds kwetsbaarder wordende bevolking, terwijl ze omgaan met beperkte middelen en personeelstekorten. De onderzoeksdoelstellingen omvatten het onderzoeken van de relaties tussen deze organisatorische variabelen en de resultaten ervan ten opzichte van bewoners en zorgverleners over de tijd heen, het beoordelen van de impact van veranderingen in deze variabelen op de uitkomsten, inzicht krijgen in factoren die van invloed zijn op de intentie van zorgverleners om te vertrekken, en het verkrijgen van inzicht in hoe bewoners en mantelzorgers de rantsoenering van zorg ervaren. Op deze manier wil de studie een vollediger beeld verkrijgen in de organisatorische factoren die de kwaliteit van de zorg en de werkomgeving in Vlaamse woonzorgcentra beïnvloeden. De bevindingen zullen naar verwachting bijdragen aan de ontwikkeling van strategieën om zowel de ervaringen van bewoners als het welzijn van zorgverleners te verbeteren, wat uiteindelijk zal leiden tot een betere kwaliteit van zorg in woonzorgcentra." "De ervaringen en motivatie van werkzoekenden in Zuid-Afrika: Variabele- en Persoonsgebonden perspectief" "Sebastiaan Rothmann, Anja Van den Broeck" "Onderzoekseenheid Work and Organisation Studies (hoofdwerkadres Brussel), Arbeids-, Organisatie- en Personeelspsychologie" "De psychologische impact van werkloosheid is goed gedocumenteerd. Psychologisch welzijn en (her)aanwerving blijft hoog op de agenda staan voor mensen die zich professioneel bekommeren om werklozen. Belangrijke elementen in de overgang naar tewerkstelling zijn: welzijn (d.i. de affectieve ervaringen), de waarde die men hecht aan tewerkstelling (d.i. de betrokkenheid aangaande tewerkstelling) en de inspanningen die men doet tijdens het zoeken naar een job (d.i. de intensiteit van de zoektocht naar werk). De redenen van het zoeken naar een job (d.i. het “waarom” van de zoektocht naar een job) zijn geassocieerd met deze affectieve, attitudegebonden en gedragsgebonden resultaten. Psychologische interventies moeten daarom het welzijn verzekeren van de werklozen maar er ook voor zorgen dat werkzoekenden blijven open staan voor mogelijke kansen voor werk. Dit is des te meer nodig in landen met een hoge werkloosheidsgraad. In Zuid Afrika ontbreken echter zulke interventies.Vooraleer men deze interventies kan invoeren, is het essentieel om te weten of de werklozen een homogene groep vormen, of eerder een heterogene groep met verschillende subgroepen. Deze kennis zal professionelen toelaten om interventies aan te passen aan de noden en verwachtingen van de verschillende groepen en zo de efficiëntie van de interventies te verhogen. De eerste twee doelstellingen van deze thesis waren om te onderzoeken of er verschillende psychologische en motivatieprofielen geïdentificeerd konden worden in specifieke gemeenschappen in Zuid Afrika. Verder beoogde deze thesis te bepalen of deze profielen geassocieerd worden met socio-demografische variabelen en of verschillende motivatieprofielen geassocieerd worden met verschillen in affectieve, attitudegebonden en gedragsgebonden resultaten. Ten slotte was het doel om de verklarend mechanismes (d.i., bevrediging en frustratie van de basisbehoeften) te onderzoeken die ertoe leiden dat motivatie om een job te zoeken invloed heeft op affectieve, attitudegebonden en gedragsgebonden resultaten doorheen de tijd. Deze aanpak focus op relaties tussen variabelen vult de aanpak gericht op de persoon van de eerste twee studies aan en faciliteerde verdere uitdieping van suggesties voor interventies. De thesis biedt niet alleen een praktische bijdrage, maar breidt ook de bestaande theoretische literatuur rond werkloosheid en zelf-determinatie uit.Om deze doelen te bereiken werden er participanten geselecteerd van twee provincies in Zuid-Afrika: de North West en Gauteng provincies. Een kwantitatief onderzoeksdesign werd gebruikt en data werd verzameld met de “Unemployment Experience” schaal, de ”Self-Regulation: Job Search questionnaires” schaal en de “Basic Psychological Need Satisfaction and Need Frustration” schaal. In het totaal deden 381 participanten mee in de eerste studie. De finale steekproef voor de tweede studie bestaat uit 867 werklozen waarvan er 244 hebben meegedaan in de derde studie. De resultaten wijzen op vier psychosociale profielen en vier motivatieprofielen in deze steekproeven. Deze profielen hadden kleine maar praktisch relevante associaties met de socio-demografische variabelen en de motivatieprofielen verschilden in hun associaties met de affectieve, attitudegebonden en gedragsgebonden resultaten. De resultaten wezen ook op het feit dat zowel het gebrek aan motivatie als gecontroleerde motivatie, de ervaring van psychologische basisbehoeften ondermijnt en dat het kunnen bevredigingen van de psychologische basisbehoeften de waargenomen resultaten inzake werkloosheid over een periode van zes maanden kan verklaren. De resultaten ondersteunen de idee dat “de werklozen” geen homogene groep vormen, dat het gebrek aan motivatie en motivatie van een slechte kwaliteit zeer schadelijk zijn voor psychologische basisbehoeften van de werklozen en dat het vervullen van de psychologische basisbehoeften een belangrijke rol speelt in het welzijn van de werkloze." "De Fenomenologie van Psychose. Een kwalitatieve onderzoek naar beleefde ervaringen van psychose." "Inez Germeys" "Contextuele Psychiatrie" "De fenomenologie van psychose Dit onderzoek heeft als thema psychose, meer specifiek de fenomenologie of ervaring van psychose. Hoewel er veel onderzoek wordt gedaan naar psychose ontbreekt nog vaak de ervaring van mensen die het hebben meegemaakt.In dit doctoraatsproject vertrekken we vanuit de idee dat de ervaring van mensen cruciaal is als we het psychotisch proces beter willen begrijpen. We vinden hiervoor enerzijds theoretische ondersteuning uit de ecologische psychiatrie, die reeds veelvuldig heeft aangetoond dat sociale en omgevingsfactoren een sterke rol spelen bij het ontwikkelen van psychotische stoornissen. Anderzijds blijkt uit de filosofisch geïnspireerde traditie van de fenomenologische psychiatrie dat de psychotische ervaringen niet slechts onbegrijpelijk zijn, maar dat dialoog en interactie met mensen wel degelijk mogelijk is en ons veel kan leren over het verloop en aard van psychotische ervaringen.In een eerste deel van het project gaan we mensen bevragen via interviews en focusgroepen. De interviews hebben als doel een algemeen beeld te krijgen van de psychotische belevingen en ervaringen van de deelnemers. Na het afnemen van een interview, brengen we mensen samen in focusgroepen. Er worden drie groepen samengesteld, die elk een traject doorlopen dat bestaat uit een interview en drie focusgroepen, elk met een verschillend thema. De focusgroepen hebben drie thema’s waarover deelnemers aan het woord gelaten gaan worden:(1) de psychotische ervaring: Wat is er zo anders aan de ervaring ten opzichte van de “normale” ervaring?(2) sociale interactie: Wat kunnen we leren uit de manier waarop er veranderingen optreden in de interactie met anderen, voor, tijdens en na de psychose.(3) Experience Sampling Method vragen(ESM): ESM is een dagboekmethode, meestal bevraagd via een smarthphone, waarbij mensen ‘in hun context van het alledaagse leven’ en ‘in het moment’ bevraagd worden naar hun ervaringen. De vraag is echter of we wel de juiste vragen stellen, gezien vragen oorspronkelijk bedacht zijn zonder mensen die het hebben meegemaakt te raadplegen. Deze methode zal kort toegelicht worden om daarna mensen met ervaring te laten spreken over wat zij denken dat we zouden moeten bevragen. Hierbij kunnen we in een latere fase de psychose vragen van ESM verbeteren zodat deze beter aansluiten bij de ervaringen van mensen en het alledaags taalgebruik waarin die ervaringen worden uitgedrukt. Na het eerste deel gaan we op basis van de input van mensen een nieuwe ESM vragenlijst ontwikkelen, die in het tweede deel van het project zal worden getest. In het tweede deel krijgen deelnemers een week lang een smartphone met een Experience Sampling applicatie mee, die tien keer per dag, 5 dagen opeenvolgende dagen, een biep zal geven. Na de biep wordt deelnemers gevraagd een korte vragenlijst in te vullen die peilt naar emoties, ervaringen en symptomen in relatie tot context, activiteit en gezelschap. De bedoeling van deze tweede fase is de nieuwe vragenlijst te testen op werkbaarheid en psychometrische eigenschappen." "Geracialiseerd queer activisme: Praktijken en ervaringen van intersectionele mobilisaties in België." "Petra Meier" "Politics & Public Governance" "Pas recent kwam in Europa meer academische aandacht voor intersectionaliteit als collectieve identiteit en instrument voor verzet en erkenning. In tegenstelling tot de VS heeft het Europese activisme-onderzoek intersectionaliteit meestal gebruikt als een substituut voor inclusiviteit. Op het kruispunt van de literatuur over (politieke) intersectionaliteit en die over sociale bewegingen, onderzoekt dit project het specifieke activisme op het kruispunt van racisme en (hetero)seksisme. Het bestudeert de praktijken en ervaringen van intersectionele mobilisatie door geracialiseerde queer activisten in België. Praktijken bestuderen zal onthullen hoe deze intersectionele activisten aan mobilisatie 'doen', d.w.z. hoe ze beslissen om zich politiek uit te drukken en te organiseren door middel van strategieën, repertoires en allianties. Ervaringen bestuderen zal verklaren hoe zij mobilisatie 'ervaren', d.w.z. hoe zij zich emotioneel engageren en positioneren in collectieve acties. Via een kwalitatieve case-study en participatief actieonderzoek (Photovoice) plaatst dit project intersectionele activisten centraal in het onderzoek. Op die manier sluit het aan bij onderzoek dat de blik opnieuw richt op de activistische wortels van intersectionaliteit en het herpolitiseert. Het project draagt bij aanzowel het opkomende academische debat over 'intersectionaliteit als een actie-mobiliserende collectieve identiteit' als over 'intersectionaliteit als een inclusiviteitsstrategie'." "Publieke attitudes tegenover en ervaringen met niet-politionele toezichthouders en handhavers: percepties van legitimiteit en procedurele rechtvaardigheid" "Pieter Leloup" "Vakgroep Criminologie, Strafrecht en Sociaal Recht" "Vandaag oefenen naast de politie diverse partijen van zowel publieke als private aard functies uit die het voorkomen en bestrijden van overlast en criminaliteit tot doel hebben. Door de toegenomen inzet en zichtbaarheid van onder andere privaat bewakings- en veiligheidspersoneel, gemeenschapswachten en stewards in de (semi-)publieke ruimte, nam bovendien het aantal contacten tussen burgers en deze veiligheidsberoepen toe.Ondanks deze vaststelling ontbreekt het België aan criminologisch onderzoek naar de publieke beeldvorming over en interacties met deze veiligheidsberoepen. Het doel van deze doctoraatsstudie is om door middel van een mixed methods-benadering (interviews, focusgroepen, survey) na te gaan welke de beeldvorming, ervaringen en attitudes zijn ten aanzien van (het contact met) deze toezichthouders en handhavers.De resultaten van dit onderzoek zullen belangrijke nieuwe inzichten opleveren over het vertrouwen en de legitimiteit van deze veiligheidsberoepen bij de burger." "De kiem leggen voor adaptatie: een pan-Europese studie naar de weerbaarheid van de landbouw, waarbij ervaringen en percepties rond klimaatverandering in kaart gebracht worden voor actoren uit verschillende landbouwtakken" "Wim Verbeke" "Vakgroep Landbouweconomie" "Klimaatverandering vormt wereldwijd een uitdaging voor de landbouw, maar het perspectief van producenten en consumenten wordt in wetenschappelijk onderzoek vaak onderbelicht. Deze studie pakt deze lacune aan door de percepties en ervaringen van verschillende actoren in de waardeketen en uit verschillende regio’s en sectoren van de Europese voedingssector op het gebied van de effecten van klimaatverandering en adaptatiestrategieën te evalueren. Daartoe omvat dit onderzoek interviews met relevante belanghebbenden en experts om klimaat-gerelateerde ontwikkelingen en een SWOT-analyse van de diverse sectoren in kaart te brengen (1), een enquête voor landbouwers om hun ervaringen en percepties rond klimaateffecten en -adaptatie te bevragen (2), en burger/consumentenonderzoek om te attitude en aanvaarding tegenover bepaalde adaptatiestrategieën te pijlen (3). Uiteindelijk zullen de inzichten van experts, boeren, en burgers en consumenten worden gebundeld om duurzame bedrijfsmodellen te ontwikkelen op basis van het ‘triple layered business model canvas’. De bevindingen zullen waardevolle inzichten opleveren voor boeren, landbouwactoren, beleidsmakers, en burgers/consumenten, en het belang benadrukken van op maat gemaakte strategieën om de veerkracht en het aanpassingsvermogen van de landbouw te vergroten als reactie op de klimaatverandering. Deze studie is uniek in zijn gelijktijdige vergelijking van soort actoren, regio’s, en sectoren." "RESAURSE-studie: onderzoek naar de vertaling van de relationele en seksuele ervaringen van autistische individuen naar betekenisvolle ondersteuning." "Ilse Noens" "Gezins- en Orthopedagogiek (OE), Interfacultair Instituut voor Familiale en Seksuologische Wetenschappen" "Hoewel de meeste mensen met autisme ervaring hebben met romantische relaties en seksualiteit, stellen ze dat hun ervaringen negatief beïnvloed worden door een gebrek aan informatie, seksuele voorlichting, gezondheidszorg en ondersteuning. Daarom heeft deze participatieve studie tot doel om: a) de mechanismen te onderzoeken (waaronder scripts, barrières, behoeften en successen) die van invloed zijn op (levenslange) relationele tevredenheid en seksueel welzijn bij volwassenen met autisme met en zonder bijkomende verstandelijke beperking; b) methoden en instrumenten ontwikkelen en evalueren om behandelaars en mensen met autisme te ondersteunen bij het bespreken van seksuele ervaringen en behoeften; c) het ontwikkelen en evalueren van een groepsgebaseerd ondersteuningsprogramma voor relationele en seksuele gezondheid voor autistische volwassenen zonder verstandelijke beperking; en d) het ontwikkelen van richtlijnen en richtlijnen en aanbevelingen te ontwikkelen om seksuele gezondheid te ondersteunen en te bevorderen bij autistische volwassenen met een verstandelijke beperking. Deze doelen zullen worden aangepakt in drie fasen en vijf studies." "RESAURSE: Richtlijnen En Support voor het ondersteunen van mensen met AUtisme rond Relationele en Seksuele Ervaringen" "Ilse Noens" "Gezins- en Orthopedagogiek (OE), Interfacultair Instituut voor Familiale en Seksuologische Wetenschappen" "Hoewel de meeste mensen met autisme ervaring hebben met romantische relaties en seksualiteit, worden hun ervaringen negatief beïnvloed door een gebrek aan informatie, seksuele voorlichting, gezondheidszorg en ondersteuning. Daarom heeft deze participatieve studie tot doel: a) de mechanismen te onderzoeken (waaronder scripts, barrières, behoeften en successen) die (levenslange) relatietevredenheid en seksueel welzijn beïnvloeden bij volwassenen met autisme met en zonder een verstandelijke beperking; b) methoden en instrumenten te ontwikkelen en te evalueren om hulpverleners en mensen met autisme te ondersteunen bij het bespreken van seksuele ervaringen en behoeften; c) een programma te ontwikkelen en te evalueren voor een groepsgebaseerd peer support programma over relationele en seksuele gezondheid voor autistische volwassenen zonder verstandelijke beperking; en d) richtlijnen en aanbevelingen te ontwikkelen om seksuele gezondheid bij autistische volwassenen met verstandelijke beperking te ondersteunen en te bevorderen. Deze doelen zullen worden aangepakt in drie fasen en vijf studies." "Hoe de gebouwde omgeving werkomstandigheden ondersteunt of belemmert: Leren van ervaringen op het autismespectrum" "Ann Heylighen" "Architectuur en Ontwerp, Bouwfysica en Duurzaam Bouwen" "Werk vinden en behouden zijn belangrijke uitdagingen voor mensen met autisme. I.p.v. op een gebrek aan vaardigheden, wijzen ze op een gebrek aan afstemming tussen werknemer en werkplek als gevolg van dagelijkse routines en interpersoonlijke communicatie. Hoe de gebouwde werkomgeving werknemers op het spectrum ondersteunt of belemmert, wordt echter zelden onderzocht. Dit project onderzoekt de rol van de gebouwde werkomgeving in hoe mensen met autisme hun werkomstandigheden ervaren en ermee omgaan: welke invloed hebben ruimtelijke aspecten (ruimtelijk ontwerp, zintuiglijke kwaliteiten, sociaal-ruimtelijke factoren) op activiteiten en sociale interacties? Hoe gaan autistische werknemers om met hun werkomstandigheden via dagelijkse ontwerppraktijken? En wat betekenen de verworven inzichten voor het ontwerpen en/of aanpassen van de werkplek?Mensen op het spectrum zijn betrokken doorheen het project - vanaf het opzetten van het onderzoek tot de kwaliteitsborging. Hun perspectief wordt aangevuld met dat van collega's, managers/werkgevers en (job)coaches. Het project combineert interviews met tekeningen, foto's, en/of video's gemaakt door deelnemers, en observaties op de werkplek. Het project zal inzicht bieden in hoe het ontwerp van de gebouwde omgeving (sociaal-)ruimtelijke aspecten en zintuiglijke kwaliteiten voor iedereen kan verbeteren - binnen en buiten de werkcontext - en een methodologische bijdrage leveren aan toekomstig onderzoek rond autisme en werkplekontwerp."