Projecten
Een kwantitatief onderzoek naar normconformisme in Belgisch-Nederlandse ondertitels: een multivariatie corpusstudie. Universiteit Gent
Via een corpusgebaseerde studie wordt nagegaan of het taalgebruik in Nederlandstalige ondertitels in Vlaanderen lexicaal en grammaticaal verschilt van andersoortige vertaalde en niet-vertaalde teksten en of dat taalgedrag afhankelijk is van bepaalde contextuele factoren.
Een historische corpusstudie naar focusbijwoorden (particularizers) in het Engels Universiteit Gent
Deze studie onderzoekt de formele en functionele ontwikkelingen van een selectie focusbijwoorden (particularizers) (e.g. mainly, mostly, in particular, at least) in het Engels, vanuit een historisch perspectief. De semantisch-pragmatische en syntactische veranderingen die de vormen in verschillende taalfases ondergaan, zullen worden geïnterpreteerd in een breder theoretisch kader, om hypotheses van grammaticalizatie- en ...
Modale collocatie en hoe delicaat modale systemen kunnen zijn. Een cognitief-functionele corpus-studie van semantische en syntactische effecten van de collocatie tussen modale werkwoorden en modale bijwoorden in VK en VS Engels. Universiteit Antwerpen
De productiviteit van de alternerende Dat-Nom/Nom-Dat-constructie in het Hedendaagse Duits en IJslands Universiteit Gent
Deze studie onderzoekt de productiviteit van de alternerende Dat-Nom/Nom-Dat-constructie in het Duits en het IJslands. Aan de hand van een corpusstudie en een aantal psycholinguïstische experimenten tonen we aan dat de werkwoorden in kwestie alterneren tussen twee casusframes, en dat het onderwerp bijgevolg constructioneel bepaald wordt. Initiële (corpus)resultaten voor beide talen tonen aan dat dat inderdaad het geval is.
De grammaticalisatie van de toekomstige en conditionele tijd in de geschiedenis van de Ibero- Romaanse talen: een taal- en dialectcontact benadering Universiteit Gent
De ontwikkeling van lexicale voorkeuren in grammaticale variatie. Exemplaar-gedreven en index-gedreven lectale contaminatie. KU Leuven
Mechanismen van taalverandering en -variatie vertrekken vaak van lexicale voorkeuren in grammaticale variatie, d.i. van de vaststelling dat bepaalde woorden ervoor zorgen dat sprekers meer geneigd zijn de ene constructie te gebruiken dan de andere. Een hoogfrequent woord dat een voorkeur heeft voor een constructie kan bijvoorbeeld gelijkaardige woorden aantrekken via analogie, en zo samen een nieuwe vervoegingsklasse vormen. Wat echter ...
Vorm en functie in gebruiksgebaseerde constructiegrammatica: Een semantisch/pragmatische analyse van de bijzinsinterne irrelevantiemarkering in het Duits Universiteit Gent
Duitse W-immer/auch-constructies komen voor in universele concessief-conditionele bijzinnen, niet-specifieke vrije relatiefzinnen en elliptische constructies. Door zowel vormelijke alsook semantisch/pragmatische verschillen tussen deze constructies te onderzoeken, toon ik aan dat een preciezere karakterisering van de functie van een constructie nodig is om vormelijk gelijkaardige constructies in het constructionele netwerk uit elkaar te ...