< Terug naar vorige pagina
Project
Modernisering van de Wetboeken Strafprocesrecht in het licht van digitale opsporingsmethoden: het samenbrengen van de onderscheiden talen van het strafprocesrecht, het gegevensbeschermingsrecht en de Europese mensenrechten rechtspraak (FWOAL1089)
Het digitale tijdperk heeft veranderingen teweeggebracht in zowel de wijze waarop criminaliteit wordt gepleegd als de aard van strafrechtelijke onderzoeken en procedures. Terwijl cybercriminaliteit en door cybercriminaliteit gestimuleerde criminaliteit toenemen, stappen de rechtshandhavingsinstanties af van traditionele onderzoeksmethoden. Zij worden technisch onderlegd en passen
digitale onderzoeksmethoden toe. Deze verschuiving naar "inlichtingengestuurde politie en onderzoek" gaat echter niet gepaard met hervormingen van strafrechtelijke onderzoeken en procedures. Digitale opsporingsmethoden lijken daarom vaak niet of onvoldoende gereguleerd. Tegelijkertijd zijn de gegevensbeschermingsregels voor rechtshandhaving in het digitale tijdperk op EU-niveau
geharmoniseerd door de omzetting van de EU-richtlijn 2016 die zich
specifiek richt op het data protection aspecten van het politie- en
justitiewerk. Enerzijds werd deze richtlijn bekritiseerd omdat zij zich
niet genoeg zou bezighouden met het strafprocesrecht en geen
rekening zou houden met de bijzonderheden daarvan. Anderzijds
werd de richtlijn te vroeg aangenomen om baanbrekende
rechtspraak van na 2015 door de Europese courts (Luxemburg en
Straatsburg) op het gebied van strafprocesrecht en surveillance te
kunnen incorporeren. Dit project gaat uit van een constructief
hervormingsperspectief om een dialoog tot stand te brengen tussen
strafprocesrecht, gegevensbeschermingsrecht en Europese
mensenrechten rechtspraak.
digitale onderzoeksmethoden toe. Deze verschuiving naar "inlichtingengestuurde politie en onderzoek" gaat echter niet gepaard met hervormingen van strafrechtelijke onderzoeken en procedures. Digitale opsporingsmethoden lijken daarom vaak niet of onvoldoende gereguleerd. Tegelijkertijd zijn de gegevensbeschermingsregels voor rechtshandhaving in het digitale tijdperk op EU-niveau
geharmoniseerd door de omzetting van de EU-richtlijn 2016 die zich
specifiek richt op het data protection aspecten van het politie- en
justitiewerk. Enerzijds werd deze richtlijn bekritiseerd omdat zij zich
niet genoeg zou bezighouden met het strafprocesrecht en geen
rekening zou houden met de bijzonderheden daarvan. Anderzijds
werd de richtlijn te vroeg aangenomen om baanbrekende
rechtspraak van na 2015 door de Europese courts (Luxemburg en
Straatsburg) op het gebied van strafprocesrecht en surveillance te
kunnen incorporeren. Dit project gaat uit van een constructief
hervormingsperspectief om een dialoog tot stand te brengen tussen
strafprocesrecht, gegevensbeschermingsrecht en Europese
mensenrechten rechtspraak.
Datum:1 jan 2023 → Heden
Trefwoorden:strafrechtelijke procedures, gegevensbescherming, mensenrechten
Disciplines:Vergelijkend recht, Strafrecht, Europees recht, Mensenrechtenwetgeving