Project
Acculturatiepatronen en -trajecten van minderheidsjongeren in context: Een ontwikkelingspsychologische en intergroepsrelaties benadering
Als gevolg van toegenomen migratie groeien jongeren op in een wereld die cultureel steeds diverser wordt. Vooral voor jongeren met een migratieachtergrond – of minderheidsjongeren - stelt de uitbreiding van hun sociale wereld tijdens de adolescentie hun voor de vraag hoe de herkomstcultuur met een gedeelde mainstreamcultuur te verzoenen. Tegen de achtergrond van ongelijke kansen en assimilationisme in de samenleving vandaag is die verzoening voor veel minderheidsjongeren een moeilijke opdracht. Nochtans hangt de integratie van herkomst- en mainstreamculturen samen met meer welbevinden en succes als positieve ontwikkelingsuitkomsten voor minderheidsjongeren. Gezien minderheidsjongeren meer risico lopen op minder gunstige ontwikkelingsuitkomsten dan meerderheidsjongeren is het cruciaal om hun intergroepservaringen en onderscheiden trajecten doorheen de adolescentie beter te begrijpen. Vanuit een ontwikkelingspsychologische en intergroepsrelaties benadering heb ik de acculturatiepatronen en -trajecten van minderheidsjongeren onderzocht, alsook welke factoren in de intergroepscontext deze faciliteren, met welke gevolgen voor hun welbevinden. Mijn doctoraatsonderzoek focust op cultureel diverse scholen als intergroepscontext die richting geeft aan de acculturatie van minderheidsjongeren, hier gedefinieerd als hun veranderende oriëntaties op zowel de herkomst- als de mainstreamcultuur. In hun dagelijkse interacties op school met leerkrachten en met peers in culturele minderheids- en meerderheidsgroepen leren jongeren omgaan met intergroepsrelaties vanuit hun minderheidsstatus; en ontwikkelen zij duale culturele oriëntaties. Mijn eerste onderzoeksdoel was om aan te tonen hoe minderheidsjongeren hun oriëntaties op beide culturen ontwikkelen en combineren doorheen de tijd; mijn tweede doel was om na te gaan hoe intergroepscontact en peergroepsnormen in de schoolcontext verschillende acculturatiepatronen en -trajecten faciliteren; en mijn derde doel relateerde de schoolomgeving en culturele oriëntaties van minderheidsjongeren aan hun schoolse aanpassing als belangrijke ontwikkelingsuitkomst. Tevens onderzocht ik de rol van veranderende culturele verwachtingen van meerderheidsjongeren in dezelfde scholen als deel van de intergroepscontext van acculturatie.
Mijn doctoraat articuleert acculturatie als een dynamisch proces dat is ingebed in de sociale ecologie van intergroepsrelaties – met focus op scholen als intergroepscontext. Specifiek volgen minderheidsjongeren meerdere acculturatietrajecten met veranderingen in herkomst- of mainstream culturele oriëntaties en in hun compatibiliteit doorheen de tijd (doel 1). Verder maken intergroepscontact (ontmoetingskansen, vriendschaps- en discriminatie-ervaringen) en peergroepsnormen het mogelijk voor minderheidsjongeren om stabiele of toenemende, alsook meer compatibele, duale culturele oriëntaties te ontwikkelen doorheen de tijd (doel 2). Tenslotte dragen intergroepsrelaties op school (met leerkrachten) en de veranderende culturele oriëntaties van minderheidsjongeren bij tot hun latere schoolse aanpassing van minderheidsjongeren (prestaties, welbevinden en betrokkenheid op school, en academisch zelfvertrouwen; doel 3). Mijn drievoudige onderzoeksdoel heb ik uitgewerkt in vier studies op basis van twee grootschalige longitudinale dataverzamelingen met jongeren van Marokkaanse, Turkse en (andere) Europese herkomst in Vlaamse middelbare scholen, en met behulp van meerdere longitudinale en contextuele analysemethodes.