< Terug naar vorige pagina
Publicatie
Of feathers and birds : the role of offending peers in the transmission of violent offending in offender networks
Boek - Dissertatie
Ondertitel:Soort zoekt soort : de rol van criminele vrienden in de overdracht van gewelddadig daderschap in dadernetwerken
Korte inhoud:Gewelddadige criminaliteit volgt vaak herkenbare patronen die zich niet alleen over ruimte en tijd ontvouwen, maar ook door sociale relaties. Terwijl eerder onderzoek voornamelijk omgevings- en situationele verklaringen heeft benadrukt voor de verspreiding van (gewelddadige) criminaliteit, negeren deze perspectieven vaak de sociale processen die vorm geven aan crimineel gedrag. Een groeiend aantal studies benadrukt het belang van interpersoonlijke relaties en de invloed van peers in de ontwikkeling en het aanhouden van crimineel gedrag. Deze studies suggereren dat geweld zich via sociale banden verspreidt, eerder dan uitsluitend via ruimtelijke of temporele nabijheid. In het afgelopen decennium hebben onderzoekers in toenemende mate sociale netwerkbenaderingen gebruikt om te onderzoeken hoe criminaliteit – en in het bijzonder geweldscriminaliteit – kan worden overgedragen via interpersoonlijke connecties. Medeplegersnetwerken, waarin individuen verbonden zijn door gezamenlijk gepleegde misdrijven, bieden een waardevolle context om deze dynamieken te bestuderen. Medeplegen ontstaat vaak in reeds bestaande sociale banden en wordt beïnvloed door groepsprocessen die crimineel gedrag kunnen versterken. Deze netwerken fungeren dus niet enkel als organisatorische structuren voor criminele samenwerking, maar ook als mogelijke kanalen voor de verspreiding van gewelddadig gedrag. Ondanks deze recente inzichten is nog weinig bekend over hoe gewelddadig pleeggedrag zich verspreidt binnen medeplegersnetwerken. Bestaande studies benaderen geweld vaak als een situationele uitkomst van groepsmisdrijven, een risicofactor voor slachtofferschap of als gedrag dat gevormd wordt door blootstelling aan gewelddadige peers. Hoewel elk van deze perspectieven waardevolle inzichten oplevert, werken ze vaak in isolatie en negeren ze hoe geweld zich kan verspreiden binnen de structuur van medeplegersnetwerken. Specifiek is er weinig geweten over hoe de netwerkposities van plegers, de aard van hun criminele interacties en het pleegprofiel van hun medeplegers hun eigen gewelddadige traject kunnen beïnvloeden. Dit doctoraatsonderzoek vult deze hiaten in door een netwerkgebaseerd perspectief te hanteren om te onderzoeken in welke mate structurele en interpersoonlijke dynamieken binnen medeplegersnetwerken de verspreiding van fysiek gewelddadig pleeggedrag helpen verklaren. Dit onderzoek bouwt op complementaire theoretische kaders. Het “sociale structuur sociaal leermodel”, dat voortbouwt op de differentiële associatietheorie en sociale leertheorie, stelt dat geweld wordt geleerd door interacties met anderen in sociale structuren, in het bijzonder via mechanismen zoals bekrachtiging. Het rationele keuzeperspectief vult dit aan door de nadruk te leggen op het vermogen van plegers om medeplegers te selecteren en risico's en beloningen af te wegen. Dit biedt inzicht in hoe gewelddadige banden kunnen ontstaan. Tot slot biedt netwerkcriminologie een structureel perspectief om te begrijpen hoe posities en relaties binnen medeplegersnetwerken de verspreiding van gewelddadig gedrag kunnen beïnvloeden. Samen bieden deze kaders een breed inzicht in hoe gewelddadig pleeggedrag zich kan verspreiden en ontwikkelen binnen criminele netwerken. Gezien de beperkte literatuur over de verspreiding van gewelddadig gedrag binnen medeplegersnetwerken, omvat dit proefschrift eerst een integratiefliteratuuroverzicht(n = 39 studies) van peer-netwerken bij adolescenten. Deze literatuurstudie onderzocht hoe samenstellingen van sociale netwerken de overdracht van deviant gedrag beïnvloeden en biedt inzichten in peerinvloedmechanismen die relevant zijn voor crimineel gedrag. Door sleutelconcepten, patronen en VIII hiaten in de literatuur te identificeren, legt deze literatuurstudie de basis voor de daaropvolgende empirische analyses van gewelddadig pleeggedrag binnen medeplegersnetwerken. De eerste empirische studie onderzocht hoe de structuur van medeplegersnetwerken de verspreiding van gewelddadig gedrag faciliteert of belemmert, met nadruk op de mate van gedragsmatige gelijkenissen tussen plegers. Aan de hand van een politiedataset van 33,815 plegers werd onderzocht of gewelddadige plegers eerder geneigd waren om misdrijven te plegen met andere plegers met een vergelijkbare gewelddadige achtergrond. Hierbij werd een patroon van gedragsmatige gelijkenissen vastgesteld. Daarnaast toonden de analyses dat gewelddadig gedrag eerder verspreid kan worden binnen bepaalde subcomponenten van het netwerk, dan gelijkmatig doorheen het hele netwerk. Deze bevindingen benadrukken het belang van zowel gedragsmatige gelijkenissen als de netwerkstructuur in de verspreiding van gewelddadig gedrag binnen medeplegersnetwerken. De tweede empirische studie richtte zich op de mate waarin interacties met medeplegers een invloed hebben op de voortzetting van gewelddadig pleeggedrag. Door middel van twee binaire logistische regressies op politiedata (n = 20,203 plegers), werd onderzocht welk effect de gewelddadige aard van medeplegers en mededelicten had op toekomstig (gewelddadig) gedrag. Een belangrijke bevinding was dat het medeplegen van gewelddadige misdrijven de waarschijnlijkheid op toekomstige gewelddadige misdrijven aanzienlijk verhoogde. Dit suggereert dat directe deelname aan geweld een cruciaal mechanisme vormt in de overdracht van gewelddadig pleeggedrag. Terwijl medeplegen met gewelddadige individuen over het algemeen de kans op recidive verhoogde, was het gewelddadige karakter van de gezamenlijk gepleegde misdrijven een sterkere voorspeller van aanhoudend gewelddadig gedrag. Deze bevindingen onderstrepen het belang van zowel het type medepleger als de aard van gezamenlijk gepleegde misdrijven voor de continuïteit van gewelddadig gedrag binnen medeplegersnetwerken. De derde empirische studie richtte zich op hoe gewelddadig gedrag en interacties tussen medeplegers de netwerkposities van plegers binnen een medeplegersnetwerk beïnvloeden. Aan de hand van drie multinomiale logistische regressies op politiedata (n = 1,693 plegers), werd nagegaan in welke mate gewelddadig gedrag en kenmerken van medeplegers de centraliteit en het belang van plegers in het netwerk beïnvloeden. De belangrijkste bevindingen toonden aan dat plegers die voornamelijk gewelddadige feiten pleegden een hogere waarschijnlijkheid hadden om minder centraal te worden, terwijl ernstig geweld de prominente positie van plegers kon versterken. Daarnaast nam het belang van plegers toe als ze medepleegden met individuen in intermediaire posities, terwijl zij die uitsluitend medepleegden met gewelddadige personen meer instabiliteit in hun netwerkpositie ondervonden. Deze resultaten benadrukken de rol van zowel gewelddadig gedrag als interacties tussen medeplegers in het vormgeven van netwerkposities van plegers. Samenvattend bieden de bevindingen van dit proefschrift inzicht in de verspreiding van fysiek gewelddadig pleeggedrag binnen medeplegersnetwerken. Door zowel structurele als interpersoonlijke dynamieken te onderzoeken, draagt dit onderzoek bij aan het begrip van de mechanismen die de overdracht van geweld bevorderen. De resultaten benadrukken de cruciale rol van netwerktopologie en tonen aan hoe specifieke posities binnen een medeplegersnetwerk de verspreiding van geweld kunnen bevorderen of belemmeren. Daarnaast onderstreept het onderzoek het belang van de aard van criminele relaties tussen plegers. De wisselwerking tussen structurele en interpersoonlijke dynamieken toont ook aan hoe netwerkposities gevormd kunnen worden door criminele interacties. IX Dit doctoraatsonderzoek levert zo een omvattend kader voor het bestuderen van de verspreiding van gewelddadig pleeggedrag en opent perspectieven voor toekomstig onderzoek. Verder biedt het aanknopingspunten voor interventies die gericht zijn op het onderbreken van de overdracht van geweld binnen criminele netwerken.
Pagina's: XVI, 155 p.
Jaar van publicatie:2025
Toegankelijkheid:Embargoed